Het hete zomerweer vormt een broedplaats voor zomerse onweersbuien. Onder de indruk van het natuurgeweld van de afgelopen dagen plannen we onze terugtocht naar Harlingen, over het wad. route over het wad

Vaarplanning

Ons plan bestaat uit een schema  met  alle hoog en laag waters van de geplande route (zie kaartje boven):  van Delfzijl, de Eemshaven, de Emshorn, het  Rawad, de Zuid Oost Lauwers, Pieterburen- en Lutjewad, het Abt tot aan het Kimstergat. In het schema staan ook de geschatte periodes dat de vijf kritieke wantijen door ons te passeren zijn.
Dan nog, wat weer en wind en verhoging of verlaging betreft, kent elk stukje van het wad zijn eigen regels.
Dus houden wij rekening met het missen van een tij en loopt de berekening een paar tijen verder door. Als het niet hoeft, varen wij niet in het donker. Soms varen we  via de  bebakende geul, soms (vooral bij opkomend tij) op kompas dwars over de platen.

quicktide getij informatie screenshot
sluis Termunterzijl

Zaterdag wind Zuid  eerst 3 later 6 Bft

Zaterdagochtend 6:30 verlaten we, tussen de imposante stenen sluismuren door, Termunterzijl.

Op de nu nog rustige Eems hijsen we de zeilen. Doel is iets voor laag water, 10:00 a’ 10:30, bij het Rawad uit te komen. Zo gebruiken we de uitgaande getijstroom op de Eems en de opkomende stroom  het Ra in. Bonus is het wad met laagwater, zo  vinden we het wad op zijn mooist. gekat vlinderend voor de wind richting Ra-wad
dubbelgereefd op de Wester Eems richting Ra Voorbij de Eemshaven neemt de wind snel toe. Het is alsof die wieken aan de wal als windmotoren de wind maken. Er staat nu 5 Bft en met inmiddels dubbel gereefd grootzeil jagen we de ankerrede tonnen voorbij. De ondiepte in de Westereems, bewaakt door een zeehond, mijden we zorgvuldig met de GPS .
Al om 9:30 draaien we langs het eerste Ra tonnetje. De bocht varen we ruim  om niet de puntvormige zandbank (het is bijna laag water) ten zuiden van de ingang te raken. Vastlopen in de buurt van het wantij vinden we geen probleem, maar op de harde steile banken bij de ingang  van de smalle geul vanuit de Eems is wat anders.
In het Ra varen we, tegen wind en stroom, door tot de Ra16 en liggen om 10:15  voor anker. Vóór het grote stokanker en achter een Bruce-anker uit. Beide ankers liggen vrij kort. Zo blijven we in de wind liggen ook wanneer de stroom kentert. Volgens ons schema moeten we vanaf 12:45 (tot 19:00) vandaag over het Zuid Oost Lauwers (ZOL) wantij kunnen.
Als we om 12:30 de ankers lichten is de lucht boven ons zwart, het regent en van 5 gaat de vlagerige wind naar 6 Bft. All ships, all ships, all ships meldt een waarschuwing 6 Bft voor Vlissingen. Nou hier staat dat ook. De windrichting is meer ZW dan de voorspelde ZO 4. Ons plan voorzag niet in tegen 6 Bft wind, golf en stroom inbeuken.
voor anker wachtend op gunstige wind
Na passeren van het wantij besluiten we daarom weer te ankeren en hier te blijven! De ankerplek is dezelfde als op de heenreis nu 5 weken geleden, net NW van de ZOL 34. Rondom beschut door hoge platen.
drooggevallen aan de rand van de geul Op het ZOL wantij ligt ook de Grundel de Blauwe Engel uit Leer te wachten en aan de west kant van het wantij nog twee platbodems. Om 15:30 vertrekken de laatste richting Eems. Ook de Blauwe Engel gaat verder westwaarts. garnalen vissen in de geul
mossels en oesters rapen op Uithuizer wad Om 19:15 raken we de eerste keer grond. Het wordt een rustige avond, de wind zakt af.  Wadvogels vliegen richting de droogvallende platen. Wij rapen wat  Wadden mosselen( ‘hoezo Zeeuwse?’) en Japanse? oesters en duiken vroeg de kooi in. waddenoesters in de pan
Ten noorden van ons komt Rottum steeds meer in zicht en de gebouwen op Borkum steken wit af tegen de avondlucht. zonsondergang bij laag water op het Uithuizer Wad

Zondag wind Zuidelijk, 3 later 5 Bft

Zondag ochtend zijn we 5:30 uit de veren en om 6 uur met nog 1m20 water gaat het anker op en zeilen we over bijna glad water tussen de droogvallende platen met de stroom mee langs Noordpolderzijl. De Zuid Oost Lauwers uit tot het Robbengat, waar we  proberen nog het gat in te varen. Maar reeds bij de derde ton lopen we vast. De geul heeft zich hier verplaatst naar de ‘verkeerde’ kant van de ton. Het is bijna 8 uur en voor de show zakt het anker weer voor de neus en gaat de ankerbal in de fokkeval omhoog.
Mooi tijd voor een wandeling over de platen en wat lezen.

geul verplaatst, boei niet
een fraaie ons kruisende dwarsligger op het Wierumer wad De eerste anker-op poging om 13:00 blijkt te optimistisch. We volgen hier over het vlakke Pieterburenwad onze eigen directe koers en niet de tonnetjes. Maar WZW over het Pieterburenwad lopen we na 1,5mijl toch weer vast. Het water komt nu snel op en een kwartiertje later varen we weer. Met de stroom mee zeilend kunnen we nu een flinke slag maken. Op 255 graden dwars over het wad richting Spruit, ook de kronkels van het Lutjewad slaan we over en zeilen direct aan op de gele palen van het militaire oefengebied. Via het Poepegat komen we in de Zoutkamperlaag.Rond 16:30 lopen we de havenmond van Lauwersoog voorbij. Er staat een wat holle golf in de Zoutkamperlaag. Maar met stroom mee en een paar slagen lukt het om Paessensrede in te steken richting het Wierumer wad.
kerktoren van Wierum Hongerig en moe laten we om 19:00 ten zuiden van Engelsmanplaat  bij de WW1 het anker zakken in zacht zand ten noorden van de geul, met 90cm water. We liggen als het ware tussen de kerktoren van Wierum en de boortoren in het Pinkegat. boortoren in Pinkegat

Maandag wind Zuid 3-4 later 1Bft

Maandagochtend  is het om 5 uur net licht genoeg. Zoekend met de verrekijker lukt het telkens om de volgende boei te vinden. Een voorzichtige poging om al peilend met stok vanaf de Frieschewad FW3 dwars over te steken naar de Holwerderbalg moeten we opgeven. Er staat onvoldoende water. Dus varen we netjes om via de bebakende geul. Om 5:50 komt  de zon boven de wolkenrand uit en is het zicht plots stukken beter. Eenmaal in de Zuiderspruit hebben we het met een zuiden wind net bezeild en met de fok losjes en het grootzeil gekat kruipen we behoedzaam om 6:15 over het wantij. Daar varen we dicht langs de nog vastliggende Hoop op Zegen. Even, als het zwaard omhoog komt, zakt onze hoop maar we glijden voorbij.

zeehonden aan de rand van de geul in de zon Vol grootzeil over stuurboord en zon over bakboord glijden we zo door de Zuiderspruit, het Scheepsgat en het Danziggat.  Ameland voorbij en om 8:15 steken we de Kromme Balg in. Tegen de stroom in zoeken we een plek voor een tij-stop.  een reuze bij ?
verdwaalde vlinder Bij de Kromme Balg 11 gaat om 9:00 het anker er weer in. Het water is vlak. Aan de gladheid of tegendraadse rimpeling is de stroomrichting nog te herkennen. Op de groeiende platen zonnen de zeehonden. Ook niet- waddenwezens worden door de landwind aangevoerd. Liesbeth neemt nog even een verfrissend bad vanaf het roer.
Het Vaarwater van de Zwarte Haan moet vanaf 12:45 te passeren zijn en het Kimstergat vanaf half 4. We hebben dus geen haast en laten een paar andere schepen, waaronder de Krukel van het ministerie (van voorheen Natuur) langs varen voor we zelf ook rond 13:00 richting Abt varen. Om 13:50 glijden we tussen de Vingegat 25 en 27 langzaam over 75cm diep water langs de schepen die eerder waren vertrokken en nu hier vast liggen. We doen haasje over met de Krukel. haasje over met de Krukel
Daar waar het Vingegat naar het noorden afbuigt, proberen we rechtdoor te varen richting Kimstergat. Maar dat wordt na 100 meter afgestraft. We liggen muurvast met nog geen 60 cm water onder de neus. Om 14:30 staat daar nog steeds niet genoeg water (voor ons 75cm). We liggen maar net buiten het kabelgebied geankerd  en om 15:00 uur leert een snelle berekening volgens de 1/12de regel dat er nog maximaal 25cm water bij gaat komen.
Door het anker met de hand te verplaatsen naar dieper water, trekken we Oeral Thûs op de ankerlier los en gaan terug naar het Vingegat. Via de betonde geul varen we om de hoge platen heen. Toch is er tot onze verbazing, volgens de Brandaris, geen verlaging van de waterstand.
nog even voor de wind Eenmaal halverwege het Kimstergat wantij gaan de zeilen  weer omhoog en de motor uit. Met de kerktorens van  Oosterburen, Sexbierum, en Pietersburen als peilbakens en met net genoeg wind en water glijden we richting Harlingen.  We genieten volop van het stille prachtige weer. Rond 17:15 is de wind helemaal op. Na wat stevelen op de stroom, beseffen we dat we toch pas morgen na 9:00 uur door de stadsbruggen naar onze ligplaats kunnen. Dus laten we bij de Kimstergat 16, dicht bij de hoge wadplaat kant, nog een laatste keer het anker zakken.
Rondom spiegelt de avondlucht pasteltinten in water en wad.  Met een toenemende kakofonie nemen de vogels de droogvallende wadden weer in bezit. De wieken op de wal houden op met draaien. Een zeehond tekent een streep door de strakke spiegel en vlindert voorbij richting wantij. Het is warm. Wij gaan  gauw nog even in bad. nogmaals voor anker op het wonderrijke wad
Terwijl wij in de kuip genieten en onze mossels en oesters verorberen klinkt de weersvoorspelling,

“All ships, all ships, all ships, alle districten, geen verandering van betekenis.”

Wat kan het wad wonderrijk zijn.