(Ga naar deel 3: Ieper – Denain)

(Klik op de afbeeldingen voor een grotere versie. Klik op de grote afbeelding om te verkleinen)

3 juli 2007

Als we deze morgen een half uurtje onderweg zijn, worden we door druk gebarende politieagenten en brandweerlieden naar de wal gedirigeerd. We maken vast en vragen naar de reden van het oponthoud. Er blijkt ergens voor ons een personenauto in het kanaal te liggen, gelukkig zonder bestuurder. De auto had pech op de hoge linkeroever. Toen de bestuurder hem aan de kant wilde duwen, reed de auto iets te ver door en belandde via het steile talud midden in het kanaal. Na twee uur is de auto met behulp van een brandweerduiker gevonden en op de wal getakeld. De scheepvaart mag weer verder.
De auto komt weer boven water (foto Loes Winde) Bij een van de volgende sluizen hebben we weer koelwaterproblemen dus maken we even vast aan een loswal en maken de boel schoon. Vanaf de laatste Franse sluis in Fresnes tot aan de Belgische grens bij Flines les Mortagne wordt er druk gebaggerd. Het is één smerige modderbrij en we houden angstvallig de koelwaterstraal in de gaten. Na een flinke onweersbui draaien we aan stuurboord bij Peronnes het Kanaal Nimy-Blaton-Peronnes op. Direct na de eerste sluis is aan bakboord de “grand large de Peronnes”. Daar is een jachthaven, maar alleen voor kleine boten. Maar de scheepswerf bovenin de ‘large’ heeft er geen problemen mee als we een nachtje aan de steiger blijven liggen.

4 juli 2007

Vandaag een kort rukje naar Bergen (Mons) met maar één sluis. Op dit stukje zijn trouwens verschillende geschikte haventjes en kades om te overnachten. Er is wel behoorlijk wat scheepvaart, zowel beroeps als recreatie.
Aan bakboord passeren we nog Blaton waar de ingang van het Kanaal Blathon-Ath is. Dat kanaal sluit in Ath aan op de Dender die bij Dendermonde in de Schelde uitmondt. Maar denk goed na voor u aan dat reisje begint. Sommige panden zijn buitengewoon smerig en heel ondiep. Ook kan er in het Waalse deel flink oponthoud zijn door mankementen aan sluizen en bruggen.
In Mons meren we af in de jachthaven met water, elektra, restaurant et cetera. Hier vandaan verkennen we anderhalve dag per fiets de stad en de omgeving.

6 juli 2007

Het weer is hopeloos als we om tien uur Mons verlaten richting Charleroi. Even boven Mons, na twee sluizen, sta je voor de keus: Óf het Canal du Centre Historique te nemen met één sluis en drie door waterkracht gedreven liften óf de nieuwe (2002) ‘ascenseur funiculaire’. Wij willen over een dag of veertien terug zijn in Hellevoetsluis dus we kiezen voor de nieuwe route. De oude hebben we al eens gedaan. Dat was toen trouwens nog de enige mogelijkheid. Daar moet je wel een paar dagen voor uittrekken.
De scheepslift van Strépy-Thieux ziet er zeer indrukwekkend uit maar het schutten gaat zeer eenvoudig. Je meldt je per VHF en later in het kantoortje van de sluismeester op de bak. Je krijgt er gratis een vaarvergunning, geldig voor heel Wallonië, welk traject je ook volgt. Je kunt zowel beneden als boven de lift afmeren om te overnachten, maar er zijn geen verder voorzieningen. Zoals gezegd willen wij opschieten en we gaan dan ook door.
Ook verderop richting Charleroi zijn niet veel afmeermogelijkheden. Er is één jachthaven annex vaarschool tegenover de ingang van het oude Kanaal Brussel-Charleroi, maar dat biedt niet veel voor wat grotere schepen. Om vier uur maken we vast in Luttre op onze min of meer vaste stek op dit traject. Het is een damwandkaai langs een groot parkeerterrein waaraan een supermarkt van de Champion is gelegen. De bolders op de wal staan er veel te ver uit elkaar. Wij gebruiken er één. Daar gaan twee lijnen naartoe. Een vanaf de bolders bij de stuurhut en een vanaf de kont. Voor maken we vast met twee koevoeten. De damwand heeft ter plaatse gaten in de zijkanten van de profielen op manshoogte boven dek. Daar steken we op twee plaatsen een koevoet in. Die doet dan dienst als horizontale spijl waar we een lijn achterlangs halen. Zo liggen we achter en voor goed vast, want de beroepsvaart stopt hier niet af bij het voorbijvaren.

De scheepslift van Strépy Thieux (foto Loes Winde) 7 juli 2007

Na bevoorrading uit de supermarkt gaan we om 11.00 uur op pad. Dit stuk kanaal is alleen interessant door het stukje ouderwetse vuile industrie tussen Marchienne en Rosalie. Je vaart er onder de transportbanden en pijpen door. We om stoppen om 17.30 uur net boven Sluis Auvelais. Daar is een keurig drijvende steiger voor de recreatie aan de rechteroever van de Sambre.

8 juli 2007

Vandaag lijkt het er op dat er toch nog zomer komt. Om een uur of tien gaan we weer op pad. Bij de eerstvolgende sluis, Sluis Morimont, moeten we wachten op een ‘montant’ achter ons. Het blijkt een tjalk uit Leuven te zijn. Gezamenlijk sukkelen we richting Namen waar we om 13.30 uur vastmaken beneden Sluis La Plante, aan de voet van de citadel. Later begint het weer te regenen.

9 juli 2007

Bakken van de hemel regent het. Van 9.00 tot 13.00 uur varen we in konvooi de Maas af en stoppen dan in Wanze tegenover de burcht van Hoei, wéér voor supermarkt Champion, net boven de brug aan de linkeroever. Het is een rot plek omdat de geladen spitsen hier de binnenbocht nemen en vlak langs komen. Bovendien passeren er ook regelmatig rondvaartboten. Maar er is niet beter.

10 juli 2007

We hebben al vroeg genoeg van het geslinger aan de kade en om 8.30 uur zijn we weg. In tegenstelling tot de Maas boven Namen, is die beneden Namen niet zo ‘scenic’. Bovendien blijft het rot weer en van hier tot aan de Belgisch-Nederlandse grens is er eigenlijk maar één goede ligplaats. Dat is op de Maas bij de splitsing met het Albert Kanaal, bij de jachtclub in Jupille, tegenover de brouwerij van Jupiler. Daar eindigt onze reis van vandaag dan ook.

11 juli 2007

Na de lange dag van gisteren gaan we pas om 10.00 uur weer verder. Sluis Ternaaien, vroeger door de schippers ‘de stop van Ternaaien’ genoemd, schut vlot en we zijn om vier uur bij het Bassin in Maastricht. Helaas staat het water een beetje hoog dus spuien ze eerst flink. Tot onze spijt blijkt in de sluis dat er niet genoeg gespuid is. We moeten alsnog de stuurhut van zijn dak ontdoen om onder het vaste bruggetje over de sluis door te kunnen. Neemt niet weg dat we om 17.00 uur aan de borrel zitten.

14 juli 2007

Van Maastricht naar haven De Koeweide in Wessem.

16 juli 2007

Na een zeer zomerse zondag in Wessem varen we naar Helmond. Opnieuw fraai weer. In Helmond afgemeerd in de oude kanaalarm bij Aarle-Rixtel. Deze plek wordt van jaar tot jaar drukker met bejaarde plakkers. Ondanks de uitbreiding van de steiger is het dus meestal aan de graswal aan je eigen pennen vastleggen. Zo ook deze keer.

18 juli 2007

Na een dag van verkenningen in en rondom Helmond vertrekken we vroeg naar Tilburg. Helaas voor niets, want net om de hoek bij Son is de brug ‘en panne’. Als het ding eenmaal weer draait, gaat het in dit kanaal met z’n centrale bediening vlot. Om 16.15 uur liggen we vast in de Piushaven.

20 juli 2007

Ondanks twee dagen vrij van havengeld als lid van de LVBHB is Tilburg een dure haven geworden. ’s Nachts is boven mijn hoofd m’n fiets van dek ‘gehaald’. Ik had hem één keer niet aan de handreling vastgemaakt omdat we toch weer zouden gaan fietsen.
We gaan ons geluk maar eens in Breda beproeven. Van Tilburg naar Breda gaat ook zeer vlot dankzij de centrale bediening. In Breda is er altijd wel plaats opzij van een van onze leden in de Belcrumhaven, dicht bij een paar supermarkts en de binnenstad is te belopen. Ook elders in het havengebied zijn heel goede mogelijkheden.
De ambitie om in de binnenstad af te kunnen meren, zal nog wel even op zich laten wachten gezien de verkeers- en spoorbrug in dit traject.

21 juli 2007

Breda Dintelsas. Leuk tochtje over de Mark. Onderweg zijn enkele bruikbare ligplaatsen, o.a. het Lammegat bij Zevenbergen, het passantenhaventje in Stampersgat, de Leurse haven en Oudenbosch, beide met een lang toeleidingskanaal. Bij beide is de lengte waarmee aan het eind nog gezwaaid kan worden beperkt tot ca. 25 meter. Over de ingang naar Oudenbosch ligt bovendien nog een vaste brug van ca. 3,80 meter. Wij stoppen, zoals gebruikelijk bij de WSV Dintelsas. We hebben daar oude relaties.

22 juli 2007

Alweer de laatste dag. Van Dintelsas naar de Volkeraksluizen en dan op naar Hellevoetsluis. Helaas is het beestenweer. BFT 8! Dat wordt werken voor de Brons. Onder de Haringvlietbrug door stompen we recht in de wind naar Den Bommel. Dan wordt het onder het opper van de dijk een beetje beter. Daar blijven we tot we vanaf Dirksland met de wind in de staart recht over kunnen lopen naar Hellevoetsluis. Om 15.15 uur schutten we door de Voornsche Sluis het Kanaal door Voorne in. Einde van de reis.