(Naar de vorige aflevering: Nautisch Erfgoed op de schroothoop)

Klik op een thumbnail voor een grotere versie van de foto, klik op de grote foto om weer te verkleinen.

Tijdens de rëunie van de LVBHB in 2012 (Hassailt) stond de stichting “Schipper mag ik ook eens varen” met een stand tussen al het moois van de LVBHB. Die stichting stelt zich ten doel om vakantiereizen aan te bieden aan mensen met een beperking. Zij stonden met hun stand bij Hassailt om bekendheid te geven aan hun doelstelling, te lobbyen voor medewerking aan het project en om pecunia te verzamelen om het mogelijk te maken de voormalige zand- en grindvaarder “Arie-V” aan te kunnen kopen. Het project ondervond bij het publiek veel bijval, waardoor het mogelijk werd om dat 50 meter lange zusje van de “Terra Nova” te kopen, met enige medewerking van de vorige schipper en een passerende Maecenas.
Het is de bedoeling om het schip zo veel mogelijk terug te brengen naar zijn oorspronkelijke staat als Zeeuws beurtschip, maar dan wel geschikt voor het nieuwe gebruik als toekomstig passagiersschip met aanpassingen voor mensen met een beperking.
De Arie V in drie stukken (klik in de foto om te verkleinen) (foto: Rudy Spanhak) Om van verlengd weer verkort te maken moet onder meer een deel van de buikdenning verwijderd worden. De huidige Azobé buikdenning ziet er na 5 jaar intensief gebruik nog picobello uit, ondanks dat die zwaar belast is geweest door het ruige gebruik van knijpers en “Bobcats” bij het lossen. Hij ligt er strak in, de kopse kanten van de planken zijn goed weggewerkt onder de stalen T-ijzers.
T-ijzer doors;ijpen. Het spantvak rechts is al leeg, let op het gat van het doorgeslepen T-ijzer. (klik in de foto om te verkleinen) (foto: Rudy Spanhak) Hoe krijgen we die planken er nu ongeschonden uit? Bij onze schepen vergeleken, met hun losse grenen planken en trimvullingplankjes, lijkt het een onmogelijke opgave, want je krijgt er nog geen schroevendraaier tussen om ze te lichten. Navraag bij schippers van deze tijd leert dat je bij de breedste plank een stukje uit het T-ijzer van het spant moet slijpen, zodat je bij een kopse kant kunt komen. Vervolgens ‘wring’ je deze er uit (want hij zit klemvast), waarna je met schuiven plank voor plank naar het aldus ontstane gat beweegt en zo het vak kan leegmaken.
Verwijderen van de planken van de buikdenning (klik in de foto om te verkleinen) (foto: Rudy Spanhak) Maar hoe heeft men de planken er eerder in gekregen? Adriaan Volker, de vorige schipper, was erbij toen ze erin werden gelegd en kon ons vertellen hoe dat in zijn werk ging.
Het blokje in functie: precies een plank breedte (klik in de foto om te verkleinen) (foto: Rudy Spanhak) De planken worden nauwkeurig op maat gezaagd, waarbij de uiteinden een klein beetje dunner gemaakt worden, zodat ze precies aan beide kanten onder het T-ijzer passen. De eerste planken komen er makkelijk in, want je kunt ze diagonaal in het vak leggen en vervolgens aanschuiven met een grote houten hamer.
Als de planken niet meer diagonaal in het vak kunnen, wordt aan één zijde de plank onder het T-ijzer gelegd. Vervolgens steekt men midden onder de plank een hulpbalk. De plank staat dan schuin omhoog. Als je dan op het uiteinde van de plank een gewichtig persoon plaatst, zakt dat tot op het spant, maar omdat hij bol staat past hij eronder. Sla je de balk weg, dan springt de plank op zijn plek.
Nadat de plank geplaatst is valt het blokje op het vlak (klik in de foto om te verkleinen) (foto: Rudy Spanhak) De laatste plank moet er op die manier ook “zuigend” passend in, want de vloer in het betreffende vak moet lekdicht zijn om te voorkomen dat er lading onder de buikdenning sijpelt. Die plank wordt dan ook passend in de breedte op de overgebleven spleet gezaagd. Om de delen van de buikdenning in de breedte goed tegen elkaar te laten aansluiten, worden ze op spanning gezet met blokjes. De laatste plank wordt er ingestoken, balk eronder, gewicht er op dat hij rond staat en het kopse eind onder het T-ijzer wringen.
Tot slot de balk wegslaan en door de geringe overbreedte van de blokjes springt de plank op zijn plaats.
Het gevallen blokje weer losgebikt (klik in de foto om te verkleinen) (foto: Rudy Spanhak) Bovenbeschreven methode wordt bij elk vak herhaald.

In elk vak ligt ook een smalle vurenhouten lat met dezelfde hoogte als de buikdenningplanken, teneinde zwellen en krimpen van de buikdenning op te vangen.

Schipper Oen
Met dank aan Rudy Spanhak voor de foto’s.