Baasrode – Ieper

(Ga naar deel 1: Hellevoetsluis – Baasrode)

(Klik op de afbeeldingen voor een grotere versie. Klik op de grote afbeelding om te verkleinen)

Zondag 3 juni 2007

Vandaag maar eens ouderwets op tij varen. Er loopt hier veel te veel stroom om er met de Brons tegenin te gaan varen. Tegen drieën is het laag water en we gaan op stap. Pas onderweg realiseren we ons dat sluis Merelbeke op zondag maar tot 18.00 uur schut. Dat halen we dus niet en onderweg is er geen enkele fatsoenlijke aanlegplaats. Onderweg loopt ons één spits op, een cementtankertje. We hopen dat we vannacht voor de sluis kunnen blijven liggen. Bij de sluis ligt de spits al vast als we aankomen. De lichten staan rood-groen, maar dat is bedoeld voor morgenochtend, deelt de spitsenschipper ons mee. We kunnen bij hem vastmaken, maar hij gaat om 7.30 uur door de sluis. Dat vinden wij een beetje vroeg en we maken zover mogelijk stroomafwaarts aan de remming vast.

Maandag 4 juni 2007

We worden vroeg wakker doordat er baggerwerkzaamheden beginnen in het toeleidingskanaal van de sluis. Om 9.30 uur melden we ons bij de sluis. We kunnen nog net met de laatste schutting in de stuurboord kolk mee anders moeten we verkassen naar de andere kolk vanwege het baggeren.
Als we net in de sluis zijn laat de Brons het afweten. Als ik ‘m weer start, komt er geen koelwater, kennelijk zit ergens een verstopping. Een sleepbootje van de baggeraars neemt ons mee de sluis uit en brengt ons naar het remmingwerk.
Klaarblijkelijk heeft de afgelopen twee dagen zich zoveel modder uit de Schelde in het koelwatersysteem verzameld dat alles verstopt zit. Na een halfuurtje spoelen en lucht in de leidingen blazen is de boel weer open en kunnen we verder.

Vanaf de sluis Merelbeke is het over de Ringvaart Gent een klein uurtje tot aan de Leie. Daar gaan we de stad in. Dat moet heel voorzichtig. Het is er smal, er is veel pleziervaart en af en toe een flinke rondvaartboot. De doorvaarthoogte is maar vier meter, dus de vlaggenstok en de antennedrager moeten worden gestreken. Aan het einde meren we af bij de jachthaven aan de Lindelei, op minder dan één kilometer van het centrum van Gent.

Dinsdag 5 juni 2007

Passagieren in Gent.

Woensdag 7 juni 2007

We zetten om 9.00 uur onze reis voort richting Brugge. Het stukje ringvaart en het Kanaal Gent-Brugge is niet bijzonder interessant. Onderweg krijgen we weer problemen met de elektriciteit. We bellen met de leverancier van de combi, maar de service in deze omgeving is ongeveer nul. Om even over tweeën maken we vast bij de WSV Flandria aan de Zuidkant van Brugge. We sluiten de walstroom kort op het boordnet, bouwen de omvormer uit en takelen de Mini aan de wal. Daarna ‘Feierabend’ en morgen mét omvormer naar huis.

De WSV Flandria is trouwens een uitstekend punt voor een langere tussenstop als je een reis naar het zuiden in stappen wilt doen. Het station van Brugge is op 5 minuten lopen en het havengeld is alleszins redelijk.

Zaterdag 16 juni 2007

Na anderhalve week verlaten we om 9.30 uur ’s ochtends de haven van de WSV Flandria met een nieuwe omvormer, want de oude was klaarblijkelijk het repareren niet meer waard. We zouden sowieso deze week een paar dagen thuis doorgebracht hebben omdat vrouwlief en ik beiden nog wat vergaderingen, o.a. van H&L, in deze week hadden gepland. Dus veel vertraging hebben we niet opgelopen.

De reis gaat richting Nieuwpoort. Het weer is zogezegd “wisselvallig”! Door Brugge en het Kanaal Gent-Oostende en het Kanaal Plassendale-Nieuwpoort passeer je tot aan de WSV Nieuwpoort drie sluizen, waarvan die bij Plassendale permanent open staat, en een fors aantal klapbruggen. Alles draait als een speer, met name in Brugge. Licht nog rood? Doorvaren s.v.p! Deze werkwijze wordt later op het Kanaal Plassendale- Nieuwpoort door een van de brugwachters minder geapprecieerd. W e worden streng tot de orde geroepen om te wachten op groen! De kanalen bieden, in tegenstelling tot Brugge, niet veel spectaculairs behalve zo nu en dan weer een “project”. Om 15.30 uur maken we vast in Nieuwpoort.

Onderweg kunnen we ook nog rechtsaf slaan naar Zeebrugge of naar Oostende, maar daar gaat deze keer onze belangstelling niet naar uit, zeker niet naar Zeebrugge.

Maandag 18 juni 2007

Na een dagje wandelen en fietsen in de omgeving van Nieuwpoort gaan we om negen uur de IJzer op, nog steeds met wisselvallig weer. De IJzer is een leuk riviertje dat kronkelend zijn weg zoekt door het vlakke polderland. Er staat weinig water, dus rustig aan. Desondanks raken we hier en daar de bodem. Om 11.30 uur zijn we in Diksmuide.

Bij het afmeren worden we bijgestaan door een stel oud spitsenschippers die natuurlijk ook een duik in de machinekamer doen.

Even later krijgen we een échte inspectie van de Gendarmerie. Papieren, vignet, brandblussers, uitrusting, reddingvesten en noemt u het maar worden geïnspecteerd. Geen strafpunten. Deze omgeving is zeer de moeite waard vanwege de slagvelden, loopgraven en andere overblijfselen uit WO I en WO II. Een apart aspect van de strijd hier is de emancipatie van de Vlaamse soldaten tegenover de Francofone officieren. Het museum in de IJzertoren vertelt er alles van. We brengen hier dan ook een paar dagen door.

Donderdag 21 juni 2007

Vanmorgen om 9.30 uur weer los richting Ieper. Als we een tijdje later liggen te wachten bij de Knokkebrug, bovenstrooms van Diksmuide en we starten de generator, geeft deze geen koelwater. Vergeten de buitenboordkraan open te zetten en dus een kapotte pompwaaier.
Verder verloopt de reis vlotjes. We ‘verwittigen’ per VHF het ‘sas’ van Boezinge Sas en Boezinge Dorp. Helaas kunnen we in de sluizen de motor niet stil zetten, want geen generator betekent in ons geval ook geen startlucht.

Het haventje van Ieper blijkt zeer ondiep. We draaien inktzwarte modder naar boven. Voor we goed en wel vastliggen, geeft de Brons ook geen koelwater meer. Gelijk aan het werk dus. Helaas kunnen we nergens een reservewaaier voor de generator vinden. Na enig heen en weer bellen blijkt er in Nieuwpoort een firma dit type waaier in huis te hebben. Maar “geen generator” betekent ook “geen Mini aan de wal”, dus met de taxi naar Nieuwpoort om een paar impellers te halen. De taxirit is beduidend duurder dan de twee impellers, maar om 18.30 uur kan er weer gekookt worden! De Brons wacht maar tot morgen.

(Ga naar deel 3: Ieper – Denain)