Voor het kunnen programmeren van een AIS zijn een aantal zaken nodig. Wacht niet tot het laatste moment met verzamelen hiervan. Als je de gegevens moet verstrekken aan de instantie die de inbouwverklaring moet afgeven en je moet ze DAN nog regelen….. ben je te laat en kost het je dus extra tijd (en dus geld) om het op een later moment te laten doen. Begin dus op tijd (bijvoorbeeld nu al).
De benodigde gegevens voor het programmeren van de AIS omvatten wat banale zaken als de lengte en breedte van het schip en hoever van de zij- en achterkant de antenne geplaatst is.
Echter…… ook zijn nodig een marifoon roepnaam, met bijbehorende ATIS-code en een MMSI (een soort uniek mobiel nummer van je schip). En je moet ook een zogenaamd Europanummer (ENI) hebben.

  • Een roepnaam bestaat in Nederland uit 2 letters en dan 4 cijfers. Deze is verbonden met je schip. Deze combinatie is door mensen redelijk simpel te onthouden.
  • Een ATIS-code is niet meer en niet minder dan een “vertaling” van de roepnaam in tien cijfers.
    Dit nummer wordt automatisch verstuurt door marifoons en AIS en wordt ook automatisch herkend door het ontvangende station. Zo weten brug- en sluiswachters dus ook automatisch door wie ze zijn opgeroepen.
  • Een MMSI (Maritieme Mobile Service Identiteit-nummer) is een nummer dat uniek is op de wereld en bij elke uitzending van gegevens wordt meegestuurd.
    Het identificeert je “radiostation” (schip) en omvat informatie over land van herkomst etc.
  • Een ENI (European Number of Identification) identificeert je binnenschip in Europa.
    Elk modern schip heeft zo’n nummer. Het is het voormalige scheepsnummer met een 0 er voor.

Van brandmerk naar ENI
Ons soort oude schepen heeft niet vroeger gelijk een ENI uitgereikt gekregen want dat bestond toen nog niet.
Maar niet getreurd…..het Europanummer of ENI is in Nederland gebaseerd op een inschrijving in het kadaster. Dat kan een recente inschrijving zijn maar ook een oude waaronder het schip eens ingeschreven heeft gestaan in het register.
Met die inschrijving kan je komen tot een ENI.
Een inschrijving in het kadaster, leidt tot een brandmerk dat ergens in je schip is “ingebeiteld”.
Het brandmerk en de plaats daarvan staan, als het goed is, beschreven in de koopakte van je schip.
Anders kan je via de database met Liggers van de Scheepsmetingsdienst (LSD) trachten een brandmerk van je schip te achterhalen.
Het kan zijn dat je schip in haar leven meerdere verschillende inschrijvingen heeft gehad en dus ook meerdere verschillende brandmerken. Neem dan de laatste die je kan vinden.
Bij schepen die in het Nederlands Kadaster zijn geregistreerd, bestaat het brandmerk uit een doorlopend nummer, rubriek, kantoor en jaar van teboekstelling.
Rubriek is een Z voor Zeevaart, B voor Binnenvaart of V voor Visserij.
Als je b.v. het brandmerk: 460 B Leid 1927 bekijkt dan kun je hieruit herleiden dat het de 460e inschrijving is geweest van een Binnenvaartschip in Leiden en de registratie is geweest in 1927.
Belangrijke elementen voor het herleiden van een ENI uit het brandmerk zijn het volgnummer en het kantoor van inschrijving.
In het voorbeeld zijn dat dus 460 en Leiden.
Elk kantoor heeft voor samenstelling van het ENI haar eigen set cijfers gekregen.
Voor Leiden is dat 303. Voor de overige cijfers verwijs ik naar:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Officieel_scheepsnummer.
Om dan tot een ENI te komen, neem je de cijfers van het kantoor (in dit voorbeeld dus 303) en het volgnummer en je zet deze achter elkaar met net zoveel nullen er tussen als nodig zijn om het getal 7 cijfers lang te maken.
En als laatste komt er dan nog een 0 voor om van het scheepsnummer van 7 cijfers, een ENI van 8 cijfers te maken.
In het voorbeeld komt er na de 303 van Leiden 1 extra 0 en dan 460.
Het uiteindelijke ENI wordt dan 03030460.
Het schip met brandmerk: 2886 B Rott 1928 krijgt via deze methode ENI: 02302886
Let op!! Het ENI is dan wel het ENI dat ook door IL&T (het ministerie dat verantwoordelijk is voor uitgifte van ENI’s) zou worden uitgegeven maar het is nog niet officieel bij IL&T geregistreerd!!
Dit registreren kan alleen door IL&T gebeuren en dat doen ze alleen als er een aanvraag door een keuringsinstantie (zoals NBKB) wordt gedaan.
Deze sturen dan een aanvraag in naar IL&T, en uitgaand van de brandmerkgegevens wordt je schip dan netjes en officieel voorzien van het ENI dat je ook zelf al had gegenereerd en dit wordt ook als zodanig opgenomen in de database van IL&T.
IL&T meldt dit terug aan NBKB en die kan het dan weer aan jou bevestigen.
Om dit voor elkaar te krijgen moet je wel de verplichting aangaan voor het laten doen van een CvO-keuring door NBKB. Dit kan b.v. Rob Klaassen zijn van Akwadrant Scheepstechniek (www.akwadrant.com).
Je kan echter, in elk geval met Rob Klaassen, afspreken dat de CvO-keuring dan op een moment gebeurt wanneer jij dat wilt. Dan kan dus theoretisch zelfs december 2018 zijn maar het mag uiteraard ook eerder. Aangezien je toch een CvO nodig hebt om na 2018 te blijven varen, is dit op zich een aardig “sluipweggetje”.
Dit traject van officieel laten vastleggen van je ENI kost, inclusief informatie aanleveren aan Rob Klaassen, ongeveer een week.
Uiteraard kan je e.e.a ook regelen via de keuringsinstantie waarmee je mogelijk al in zee gegaan bent voor een CvO-keuring.
Als je een ENI hebt, ben je verplicht, op basis van artikel  2.01.c van het RPR, het ENI duidelijk leesbaar van beide zijkanten en de achterkant van je schip aan te brengen in contrasterende kleuren. Dus witte cijfers op een donkere achtergrond of zwarte cijfers op een lichte achtergrond.
Er zijn eigenaren die de aanblik van die cijferreeksen lelijk vinden, en een creatieve oplossing hebben gevonden in magnetische vellen met daarop het ENI. Die kan je dan eenvoudig “ophangen” als je gaat varen en weer verwijderen als je ergens ligt.
Roepnaam/ATIS en MMSI
Mogelijk heb je al een roepnaam (met ATIS-code) en mogelijk ook al een MMSI. Dat kan als je al eerder een registratie hebt gedaan in het verplichte frequentiegebruikersregister.
Iedereen die gebruikmaakt van een marifoon (vast of mobiel) of een AIS moet deze apparaten namelijk verplicht melden in dat frequentiegebruikersregister. In dat register kan je deze gegevens ook altijd weer opvragen.
Als je nog niet eerder een registratie hebt gedaan in het frequentiegebruikersregister moet je dat doen VOOR je je AIS voor eindcontrole en testen aanbiedt.
Anders kan de testende instantie namelijk de AIS niet programmeren en dan ook geen inbouwverklaring afgeven!!

Om een registratie te kunnen doen heb je wat gegevens nodig van je schip.
Een aantal weet je vermoedelijk uit je hoofd zoals naam, lengte, breedte, diepgang.
Buiten die gegevens kan je bij je registratie ook brandmerk en ENI opnemen.
Die zijn niet verplicht maar je had ze toch al uitgezocht om en ENI mee samen te stellen, dus kan je ze net zo goed opnemen.
De link naar het gebruikersregister is:
https://loket.agentschaptelecom.nl/VVNR/faces/infra/pages/Welkom.jspx?locale=nl
Voor het inloggen in het frequentiegebruikersregister heb je een DigID nodig.
Zorg dat je die op tijd bij de hand hebt want als je hem niet (meer) hebt, moet je een nieuwe aanvragen en dat kan enkele dagen tot enkele weken duren……
Het “inloglinkje” staat op de pagina een beetje onopvallend links bovenin.
Als je bent ingelogd, wijst de rest zich eigenlijk vanzelf. Lees goed wat er ingevuld moet worden. Er staan bij bijna elk veld kleine gele blokjes met een i er op waaronder uitleg zit. Als je hier met je muis boven zweeft, komt de uitleg tevoorschijn.
Let er op dat je de hele procedure afloopt tot de pagina waarin je bevestigd krijgt dat je via email de nieuwe of gewijzigde gegevens opgestuurd krijgt met een kopie op papier naar het adres waarop je staat ingeschreven met je BSN (burger Service Nummer).
Pas dan is namelijk je registratie definitief!
De roepnaam en bijbehorende ATIS en MMSI worden per direct uitgegeven en zijn ook direct zichtbaar na de laatste pagina. Noteer deze voor jezelf.
Ben je per ongeluk voorbij die laatste pagina gegaan kan je elk moment weer terug naar je registraties en de gegevens daar lezen.
Klaus Spithost